Teunisbloem

Een zeer vormenrijke soort, de erfelijke eigenschappen van de ouders blijven apart in de plant opgeslagen er treedt minder vermenging op van de genen. Hierdoor kruist de plant heel makkelijk terug naar de ouders. Wat we hier tegen komen zijn de gewone- (Oenothera biennis) en de grote teunisbloem (Oenothera glazioviana) en kruisingen hiertussen. De plant komt oorspronkelijk uit Amerika. De soorten die hier nu groeien zijn andere soorten dan die nu in Amerika groeien, doormiddel van de spontane hybride vorming veranderen de soorten makkelijk. Plaatselijk is deze ingeburgerd in Nederland maar niet hier in Drenthe. Wordt hier uitgezaaid in bloemweides, door de mens aangelegd.

De plant sterft na vruchtzetting, afhankelijk van de planteigenschappen en rijkdom van de standplaats gebeurt dit binnen een seizoen of enkele jaren. Eerst groeit er een rozet waarna er een vertakte bloemstengel groeit op de penwortel. De bloemen bloeien kort en verdrogen heel snel bij warm weer, het is dan ook een avond of nachtbloeier. Nacht- en avondbloeiers geven vaak veel nectar en geuren sterk. Bijen en nachtvlinders zorgen voor de bevruchting. De plant heeft een lange bloemstengel met veel bloemen de bloeiperiode duurt dan ook enkele weken tot maanden. De plant verhout licht en het zaad komt geleidelijk vrij en wordt dan door de wind verspreid.